‘Ik mis de betrokkenheid in het amateurvoetbal’

Binnen het Haagse amateurvoetbal is Hans Melser een graag geziene gast. De oud-scheidsrechter werkte als administrateur bij FC Den Haag in de jaren dat De Stoop voorzitter was. Een unieke ervaring waar hij met veel plezier op terugkijkt. Ondanks het weinig verheffende afscheid bij de Haagse profclub.

IMG_3843 - kopie

,,Via een buurman kwam ik ooit met ODB in contact. Hij vroeg mij ooit mee te gaan naar de club waarvan ik eerlijk gezegd nooit eerder had gehoord. Ik was een paar keer gaan kijken toen Jan Doorschodt mij op een gegeven moment aansprak. ‘Joh je komt nu ieder keer kijken maar wordt het niet eens tijd dat je spullen meeneemt en lekker mee gaat voetballen. Dat leek mij wel wat. Ik had veel snelheid maar technisch was ik zeker geen hoogvlieger. Ik heb het tweede gehaald en dat was wel mijn top. Buiten het veld begon ik steeds enthousiaster te worden. Ik maakte de gouden tijden van de club mee. Het eerste promoveerde in vijf jaar tijd naar de tweede klasse. De promotie naar de eerste klasse werd op een punt na gemist. Daar ging RVC met onder meer Carol Schuurman in de ploeg mee vandoor.”
,, Ik kwam in de jeugdcommissie terecht omdat ome Jan Doorschodt het als voorzitter wel in mij zag zitten. Daardoor raakte het actief voetballen steeds meer op de achtergrond. ODB had een tekort aan scheidsrechters in de acht lagere elftallen. Ik ben op de scheidsrechter cursus gegaan om wedstrijden te kunnen fluiten. Op een bepaald werd ik gebeld door Martin van Vianen trainer bij PDK. Of ik niet een oefenwedstrijd tegen Quick Boys wilde fluiten. Dat was toen al een topamateurclub. Ik ging steeds meer van dat soort wedstrijden bij verschillende clubs fluiten. Stilaan begon het fluiten steeds serieuzer te worden en begon ik wedstrijd in de HVB te fluiten. Dat deed ik dusdanig goed dat ik uiteindelijk in de top van het amateurvoetbal terechtkwam. Ik heb zelfs nog op de lijst naar het betaald voetbal gestaan. Dat was rond 1976. Mario van der Ende kwam er als scheidsrechter aan. We gingen vaak met anderen scheidsrechters lekker trainen. Lopen in de duinen, krachthonk, sauna, massage en dan een jus de orange nuttigen. Op donderdag trainen bij de HSV en de andere dagen trainde we vaak met elkaar als Haagse scheidsrechters. Ik heb mooie wedstrijden gefloten. Wilhelmus- VUC dat was toen nog een echte hoofdklasse klassieker in Den Haag. Maar ook derby’s in Gouda en Leiden.”

Heupblessure

,,De laatste stap naar het betaald voetbal heb ik door een heupblessure niet kunnen maken. Ik stond onder behandeling van Piet de Zoete die mij er al vroeg op attendeerde dat die heup niet in orde was. Op een gegeven moment moest ik ook afschrijven voor wedstrijden toen ik op de nominatielijst voor het betaald voetbal stond. Bertus Rijkhoek regelde toen voor de scheidsrechters de wedstrijden. Hij belde mij op en vertelde dat ik te weinig rapporten had om te worden beoordeeld. Daarom moest ik op een dinsdagavond naar Ajax 2-Sparta 2. Eigenlijk kon ik helemaal niet lopen. Toch moest ik het maar gaan proberen. In mijn beoordeling zou rekening worden gehouden dat ik niet fit zou zijn. Ik wilde mij niet laten kennen dus ben er toch naar toe gegaan. Achteraf, had ik dat niet moeten doen. Na twintig minuten ging ik steeds meer transpireren en begon de bandage die was aangebracht te zakken. Die zat onder mijn knie en die heb ik er af laten halen. Inmiddels had ik mijn andere been te veel belast en daardoor scheurde ik een spier. Op mijn routine heb ik die wedstrijd uiteindelijk uitgefloten. Ik kreeg een slecht rapport. Leo van der Korft had mij eerder ook slecht beoordeeld tijdens Feyenoord 2 – Go Ahead Eagles 2. Hij vond dat ik Go Ahead Eagles een strafschop had onthouden. Waar ik het niet mee eens was. Daar heb ik hem ook op aangesproken. Toen kreeg ik een rapport dat ik conditioneel niet in orde was. Wat onzin was want ik floot altijd op inzet en karakter en liep van cornervlag naar cornervlag. Ik ben terug gegaan naar de amateurs waarbij de afspraak werd gemaakt dat ik na een half jaar weer een kans op betaald voetbal zou krijgen. Dat gebeurde niet waarna ik stopte.”
Rode kaart voor Kees Kist
,,Een van de meest memorabele wedstrijden die ik heb gefloten was in mijn laatste seizoen in de hoofdklasse. Steenwijk-Hubert Sneek. Een streekderby met 3500 man publiek op de tribunes. Steenwijk verkeerde in degradatiegevaar en Sneek was een titelkandidaat. Voor Kees Kist van Steenwijk, een neef van dé ex-prof Kees Kist, was het een jubileumwedstrijd. Kist werd in het zonnetje gezet en ontving de gebruikelijke bloemen en de envelop met inhoud. De wedstrijd was erg pittig en ik moest veel fluiten. Op een bepaald moment maakte een verdediger van Sneek een overtreding tegen Kist. Die verdediger liep echter met de bal weg en Kist ging er achteraan, ontfutselde die verdediger de bal en gaf hem een elleboogstoot. Rood voor Kist dus. Het Steenwijkse publiek had de elleboogstoot niet gezien en stond op zijn kop.”

,,Het duel werd steeds grimmiger en vijf minuten voor rust maakte de aanvoerder van Steenwijk een ‘vliegende schaar’ op de spits van Sneek. Opnieuw rood en Steenwijk met negen man verder. Door alle rumoer besloot ik iets eerder voor de rust te fluiten, waardoor iedereen wat kon afkoelen. In de kleedkamer vroeg de elftalleider van Sneek me of ik even naar zijn kleedkamer wilde komen. Ondertussen stond het publiek op de deuren van het kleedgebouw te bonzen stonden er bestuursleden van Steenwijk voor de deur om mij te beschermen.”

Wedstrijd gestaakt

,,In de kleedkamer van Sneek lag een speler groggy op de massagetafel en een andere speler hing bloedend boven de wasbak. Zij waren gemolesteerd tijdens hun tocht naar de kleedkamer. Er werd mij verzocht om eerst op een dokter te wachten alvorens te besluiten het duel te hervatten. Vijf minuten later kwamen beide elftalleiders en aanvoerders naar mijn kleedkamer en verzochten mij om het duel te staken, omdat Steenwijk niet langer voor mijn veiligheid kon instaan. Inmiddels waren er twee busjes met politieagenten gearriveerd. Toen besloot ik om inderdaad te staken. In de bestuurskamer heerste een bedrukte stemming. Ik kwam naast de voorzitter van Steenwijk te zitten. Die maakte wel drie keer zijn excuses en zei nadrukkelijk dat het niet aan mij te wijten was. Hij hoopte me op korte termijn weer als scheidsrechter te mogen verwelkomen. Er stond een fles jenever naast hem op tafel en toen ik na een half uur onder begeleiding van de politie naar mijn auto werd gebracht, was die fles zo goed als leeg.”

,,Onderweg terug naar huis hoorde ik in de auto in Langs de Lijn. De voorzitter van Steenwijk kwam aan het woord. Met dubbele tong vertelde de man dat de scheidsrechter de wedstrijd totaal niet had aangevoeld en dat als gevolg daarvan jubilaris Kees Kist van het veld was gestuurd. Toen ik ‘s avonds weer thuis zat, kreeg ik Johan Derksen van Voetbal International aan de lijn. Hij vertelde mij dat ik de volgende dag op de voorpagina’s van het AD en de Telegraaf afgemaakt zou worden. Op maandag ging het verhaal natuurlijk ook als een lopend vuurtje door de Haagse koffiehuizen. En het verhaal eindigde ermee dat ik werd benaderd door Panorama en Revue. Of ik in Zeist met de echte én de Steenwijkse Kees Kist op een racefiets op de foto wilde. Op aanraden van de KNVB heb ik dat toen maar niet gedaan.”

De Stoop

,,Nadat ik in 1980 als scheidsrechter was gestopt kwam in contact met De Stoop die voorzitter van FC Den Haag was geworden. Hij vroeg of ik samen met Rob van Slierendrecht en Fred van Hal de administratie bij FC Den Haag wilde gaan verzorgen. Hij was inmiddels voorzitter. Via een goed sociaal plan kon ik weg bij het bedrijf waar ik werkte. Dat maakte dat ik voor FC Den Haag de eerste drie jaar een goedkope kracht was. Stoop was een markante persoonlijkheid die altijd oog had voor de minder bedelden om hem heen. Dat heb ik altijd prachtig gevonden. Ik heb een hoop mooie dingen meegemaakt maar ook zeker ook heftige tijden. Supportersrellen, bestuursleden die thuis werden bedreigd. Stenen die door de ramen van de bestuurskamer vlogen. Ik ben ook wel eens bij mijn stropdas gepakt. Maar dan waren er altijd wel supporters die voor mij in de bres sprongen. Het afscheid bij de club heeft mijn pijn gedaan. John van Ringelenstein vond dat ik overbodig was geworden. Er volgde een rechtszaak. Dat was heel vervelend. Nog altijd ben ik niet in het Het Kyocera Stadion geweest ondanks dat ik vaak door verschillende relaties wordt uitgenodigd. Maar de behoefte heb ik niet. “

Semper Altius en ODB

,,Op zaterdag ben ik veel bij Semper Altius te vinden en op zondag ga ik naar ODB. Dat zal toch altijd mijn club blijven. Ik ben er nog voorzitter geweest maar uiteindelijk heb ik de hamer teruggegeven. Het ging mij er te vrijblijvend aan toe. Ik houd meer van discipline. Nu krijg ik vaak te horen dat ik toch wel een goede voorzitter was. In het huidige amateurvoetbal mis ik de echte betrokkenheid. Spelers zitten niet meer in de kantine bij elkaar maar blijven na de wedstrijd het liefst in de kleedkamer zitten. Dat komt het verengingsgevoel niet ten goede en dat is jammer. Ik ga nog naar de wedstrijden om gezellig met bekende een babbeltje te maken en een afzakkertje te drinken. Voetbal laat mij nooit los.”

Dave Grondel
Oktober 2014