Wekelijks werden de leden van alle voetbalclubs d.m.v. het clubblad in kennis gesteld van de op handen zijnde activiteiten. De actieve leden werden via dit orgaan aangeschreven waar, wanneer en in welk elftal zij moesten voetballen. De kantinebediening en de commissieleden werden erdoor op de hoogte gebracht wat van hen verlangd werd, om de organisatie draaiende te houden. Ook o.a. de vervoerschema’s, vertrektijden, aanstelling scheidsrechters, veld- en kleedkamerindeling, uitslagen en wedstrijdverslagen kon je terugvinden in “het krantje”.
Kortom, het clubblad was onmisbaar voor de communicatie binnen een voetbalvereniging.

20150803_075757

Voor het bestaan van het clubblad werden (heel) vroeger de leden persoonlijk aangeschreven en kregen ze zodoende via de post een brief waarin stond wat er komend weekend te doen stond. Dat kon toen nog omdat in de jaren 20 / 30 veel voetbalverenigingen uit maar een paar elftallen bestond.
In de jaren dertig begonnen veel regionale advertentiebladen publicaties te plaatsen omtrent activiteiten van een bepaalde voetbalclub uit de buurt. In het verspreidingsgebied konden zodoende veel leden worden bereikt. De leden die niet in het verspreidingsgebied woonde kregen aparte afdrukken van dit artikel via de post thuisgestuurd.

Vlak na de Tweede Wereldoorlog gingen steeds meer voetbalverenigingen een eigen clubblad uitbrengen. Dit blad, met meestal zo’n 4 tot 8 pagina’s gedrukte tekst, met daarbij een aantal advertentiepagina’s, die het mogelijk maakte de extra kosten op te vangen, kwam dan wekelijks uit.

Heel veel leden waren er nauwelijks van bewust hoeveel werk er wekelijks geleverd moest worden voordat het clubblad op de deurmat viel. Het samenstellen, adresseren en verzendklaar maken geschiedde altijd door vrijwilligers die er zorg voor droegen om het clubblad wekelijks op tijd te verzenden.

In het begin moest het allemaal nog getypt worden, daar zullen ongetwijfeld de nodige leden achter een rammelende IBM machine hebben gezeten en fouten weglakken met typex. Vervolgens het drukken van het krantje, dat ging nog met een grote inktrol waarbij iedere pagina met een soort wasdroger, diep uit in de vorige eeuw, gedraaid werd.

Gezien de enorme kosten die het uitbesteden aan een drukker met zich meebracht besloten de meeste clubs om het krantje in eigen huis te gaan drukken. Er werd een complete offsetapparatuur en een stencilmachine aangeschaft voor het stencilen van het clubblad. Veel van deze werkzaamheden moesten vroeger meestal bij de leden thuis gebeuren. Dit had dan ook wel weer zijn charme! Iedere maandagavond in een (te)kleine ruimte werden door een vaste groep medewerkers, die nog echte clubliefde hadden, hard gewerkt. Het drukken van het clubnieuws, het insteken, nieten, het afslaan van de adresplaatjes en het verzendklaar maken, allemaal onder het genot van een hapje en een drankje.
Bovendien had bijna iedere Haagse voetbalvereniging wel iemand bij de PTT werken die de voetbalkrantjes er gratis door heen sluisde. Een “port betaald stempel” was in die tijd ook erg geliefd.

In de jaren 2000 verdween het ene na het andere clubblad. Door kostenoverweging en het alsmaar groeiende digitale netwerk en social media besloot men de club en verenigingsbladen voortaan digitaal, op hun eigen website, te plaatsen.
De vele (vooral oudere) leden, die geen computer hadden, werden hiervan de dupe. Hier werd een oplossing voor gezorgd. Er werd een minimale oplage van gedrukte exemplaren gemaakt en deze was dan (drie a vier dagen later) in het clubhuis van de desbetreffende vereniging te lezen. Hiermee werden de liefhebbers van het papier clubblad helemaal “verwaarloosd”!

Nee, een papieren versie van het clubblad nodigde veel meer uit tot lezen, je lag hem op tafel en keek er eens in als het jouw uitkwam. Het papieren clubblad was ook vele malen leuker om te lezen en bereikte ook veel meer mensen dan haar leden alleen.

In al die jaren van getypt exemplaar naar een stencil versie, (de jeugd moet hun ouders maar eens vragen wat dat nu in vredesnaam was) daarna als kopie en nu digitaal.
Tijden veranderen, dat weten we. Maar soms denk ik toch wel met weemoed terug naar vroeger. Pap is het krantje er al?

Pronk
3-8-2015