De eerste prijzen zijn verdeeld
Wanneer ik mij kritisch over bepaalde zaken uitlaat dan is dit per definitie niet bedoeld om negatief over te komen. Ik signaleer, constateer en argumenteer op deze plaats wat mij binnen het Haagse amateurvoetbal opvalt en bezighoudt. En daar past soms een kritische noot bij. Wat krom is ga ik niet recht praten. Wanneer ik naar een voetbalwedstrijd kijk dan doe ik dit bovenal als objectief voetballiefhebber. Maar ik blijf ook kijken door de bril van de trainer die ik zelf was. Dan analyseer ik de zaken meer. Dit is mijn eerste column op deze plaats. Een mooi moment om eens een blik te werpen op de ranglijsten en deze liegen nooit. De eerste periodetitels zijn op de vierde klasse na verdeeld en dus kan er gekeken worden of de clubs en de trainers die tijdens de voorbeschouwingen de doelstellingen en de ambities  kenbaar hebben gemaakt deze ook hebben weten waar te maken. Het verloop van de eerste vijf, zes wedstrijden van het seizoen zijn vaak bepalend voor verloop van de rest van het seizoen.
HVV heeft de eerste slag gemist
Bij de zaterdagclubs vallen de prestaties van DSO Nootdorp,DUNO, Die Haghe, Blauw Zwart en RAS tot dusverre tegen. Het hoge verwachtingspatroon blijkt lastig waar te maken bij deze clubs. Mark Moen riep als debuterend trainer tijdens de voorbereiding dat hij met VUC voor het kampioenschap gaat.. Ik had er even mee gewacht om zulke hoge verwachtingen uit te spreken. Dat blijkt ook wel. Na tien wedstrijden bedraagt de achterstand op koploper Delft al acht punten. Dat gaat een hele toer worden om dat verschil in te lopen. Naast het winnen van de eigen wedstrijden moet het ook nog maar eens zo zijn dat Delft in een slechte serie terecht gaat komen. Net als Concordia en Woerden overigens die tussen de eerste en de vierde plaats in staan. HVV heeft in 3C de eerste slag op een prijs gemist. Van een ploeg die tweemaal achtereen is gedegradeerd mag best meer worden verwacht. Al lees ik op de diverse amateursites veelvuldig terug dat de club werkt aan de ontwikkeling van talent. Dit gaat blijkbaar lastig samen met presteren.
Grootste tegenvallers
Wilhelmus en Haaglandia zijn voor mij vooralsnog de grootste tegenvallers bij de zondagclubs. Haaglandia sprak ooit de ambitie uit om uit te groeien tot de tweede club van Den Haag en omstreken. Van binnenuit zijn daar de voorbije jaren te veel fouten gemaakt waar nu zeker in sportief opzicht een hoge prijs voor moet worden betaald. RKAVV valt ook niet mee. Speltechnisch ben ik ook niet onder de indruk. Toch hebben zij ook voorafgaande aan dit seizoen de nodige spelers van buitenaf gehaald. Blijkbaar zijn dus niet de juiste spelers gescout. Verder valt mij op dat buiten de Haagse regio clubs als RKDEO en Verburch ook niet voldoen aan de gestelde ambities en doelstelling.
De hand van de trainer
Scheveningen en HBS hebben tot dusverre een prima seizoen. Bij die clubs zie je op het veld ook de hand van de trainer terug. Andre Wetzel bewijst dat hij tactisch zijn zaken prima op orde heeft. Hij is een slimme trainer. Stilaan vindt er ook een verschuiving plaats in de selectie. De oudere jongens maken zoetjes aan plaats voor de jongeren. Daarmee schaaft hij aan een selectie die structureel in de top vijf kan meedraaien. John Blok weet met beperkte middelen het maximale uit de spelersgroep van Scheveningen te halen. Zo slim als hij als voetballer was zo is hij ook als trainer. Frans Danen laat Quick spelen zoals hij zelf ook voetbalde. Technisch goed verzorgd.  Bij veel andere trainers zie ik de manier waarop zij zelf voetbalde als speler niet terug bij hun teams. Dit verbaast mij. Daarmee doen zij afbreuk aan hun eigen zienswijze. Nu we op weg zijn in de tweede periode dienen zich voor veel trainers weer nieuwe kansen op succes aan. Of zoals het tegenwoordig in het moderne trainersjargon wordt omschreven zij kunnen het verschil weer in hun voordeel doen kantelen. Ik blijf het met mijn kritisch oog in ieder geval volgen.
