Aanstaande zaterdag treffen de standaardelftallen van W.I.K. en HDV elkaar in de vijfde klasse KNVB van het zaterdagvoetbal. Dat hier sprake is van een ouderwetse Zuiderpark-derby moge duidelijk zijn. Dat het bijna 106-jarige HDV al vanaf 1925 in het tweede gedeelte van Zuiderpark speelt zal bij velen onbekend zijn, echter ik kan u melden dat het toch echt zo is. Dat W.I.K. na de oprichting in 1919 uiteindelijk pas in 1951 definitief haar plek in het Zuiderpark wist te bemachtigen wil niet zeggen dat zij niet eerder in het mooie sportpark speelde – na de promotie naar de vierde klasse KNVB in 1930 speelde het vlaggenschip van de zwart/wit gestreepten immers reeds enkele jaren op de voor W.I.K. zo vertrouwde locatie.

In deze column wil ik graag inzoomen op bestaande Haagse en Delftse voetbalverenigingen die honderd jaar of langer bestaan. Dat HDV en W.I.K. in deze noemenswaardige lijst voorkomen is inmiddels duidelijk, echter over welke clubs hebben we het in dit kader nog meer?
Foto van HVV op “De Diepput” uit de tijd toen er nog geen huizen stonden en zelfs de Van Alkemadelaan nog niet eens bestond. (foto uit het HVV-archief)

De oudste voetbalvereniging van Den Haag betreft het in 1883 opgerichte HVV – hierna volgen Concordia Delft (1885) – HBS (1893) – Quick (1896) – ADO (1905) – Celeritas (1907) – VCS (1908) – DVC Delft (1908) – VUC (1909) – DHC Delft (1910) – BMT (1911) – Graaf Willem Vac (1912) – DVV Delft (1914) – ESDO tegenwoordig GSC/ESDO (1915) – RVC tegenwoordig RVC/Celeritas (1915) – Te Werve (1916) – VVP tegenwoordig na de fusie met GDS s.v. Erasmus (1916) – HDV (1917) – Scheveningen (1919) – W.I.K. (1919) – HPSV (1919) – SOA en Kranenburg tegenwoordig Wateringse Veld Kranenburg (1919) – Vogel tegenwoordig PGS/Vogel (1920) – Laakkwartier (1920) – Blauw Zwart (1921) – RKAVV (1922) en GDA (1922).
Het betreft derhalve een exclusief rijtje aan historische voetbalverenigingen waarvan het van diverse clubs bekend is dat voordat zij hun eerste competitiewedstrijden speelden veelal op het Malieveld of een weiland oefenden.

Voor velen onder ons zal het duidelijk zijn dat aan het eind van de 19e eeuw met name Quick, HVV en HBS het Haagse voetbal in de hoogste divisies vertegenwoordigden. Dit resulteerde destijds in een groot aantal verkiezingen voor het Nederlands elftal. Later – in de 20e eeuw – kwamen daar uiteraard spelers van ADO, VUC, Holland Sport, Scheveningen Holland Sport en FC Den Haag bij. Vanuit Delft leverden drie voetbalverenigingen spelers voor Oranje. HVV leverde 22 spelers die in totaal 128 interlands mochten spelen, HBS 20 spelers met in totaal 125 interlands, Quick 9 spelers met in totaal 68 interlands, ADO 16 spelers met in totaal 118 interlands, VUC 6 spelers met in totaal 31 interlands, Holland Sport 5 spelers met in totaal 12 interlands, Scheveningen Holland Sport 2 spelers met in totaal 4 interlands. Namens FC Den Haag speelde Aad Mansveld 6 en Henk van Leeuwen 2 interlands, later speelde Joop Lankhaar 1 interland tegen Griekenland. Vanuit Delft werden er door 6 spelers 47 interlandwedstrijden gespeeld.

Verder is er nog een hele lijst aan Haagse voetballers op te hoesten die het Oranje shirt vertegenwoordigden, het betreft o.a. de Harder VUC en Holland Sport, Timmermans van ADO, Landman van Holland Sport, Schuurman van ADO, Haak van ADO en Feijenoord, Zondervan van FC Den Haag, Heijnen van ADO oorspronkelijk afkomstig uit Limburg, Aarts van ADO ooit begonnen bij Willem II, Kemper van LENS en PSV, Houwaart oorspronkelijk Oranjeplein later ADO en FC Twente, Roggeveen van Holland Sport (kwam uit Rotterdam), Strik van VCS later PSV en FC Twente, Vosmaer van VUC en AZ’67, Otto van FC Den Haag oorspronkelijk FC Amsterdam, Dusbaba ooit begonnen bij ODB later o.a. bij FC Den Haag, AJAX en Anderlecht, Ling FC Den Haag en AJAX, Taument van VCS later Feijenoord en Blinker van DHC later Feijenoord.

De meeste interlands zijn overigens gespeeld door HBS-speler Denis (56) gevolgd door ADO-speler Tap (33) en daarna gevolgd door DHC-speler van Nellen met 27 interlands. Bep Bakhuys speelde in totaal 23 maal voor Oranje, Mick Clavan in totaal 27 interlands waarvan 21 namens ADO, 3 namens Holland Sport en 3 namens Scheveningen Holland Sport. Overigens werd de heer Denis in september 1911 lid van HBS waar hij als vijftienjarige linksbuiten in het eerste elftal debuteerde.

Deze column zou incompleet zijn zonder de vermelding van Haagse damesvoetbalsters die in de jaren 70 en 80 voor Oranje zijn uitgekomen, Het betreft o.a. J. Allott van KFC’71 uit Delft, M. Baan (Celeritas), M van Duinen (Celeritas), F. Fernandes (KFC’71), M. de Groot-Mars (DUNO), H. de Reus (KFC’71), W. de Visser (KFC’71), S. Wiegman (Celeritas), M. de Jong (KFC’71), D. de Winter (DSVP). Moet uiteraard wel even worden vermeld dat het oude Celeritas een veelheid aan oranje-dames heeft geleverd en dat het DUNO van M. de Groot in 2023 het honderdjarig jubileum zal vieren. Dat er tegenwoordig speelsters van ADO Den Haag Oranje vertegenwoordigen is helder – een goed voorbeeld hiervan betreft keepster Barbera Lorsheijd die voordat zij de stap naar ADO maakte de kleuren van Loosduinen en vervolgens SOA vertegenwoordigde. Loosduinen – opgericht in 1036 – is overigens de club waar ADO-speler Piet de Zoete ooit in de jeugd begon en later namens ADO drie interlands voor Oranje speelde.

Het hoogtepunt betreffende Celeritas-dames betrof overigens de gewonnen bekerfinale waarin de nationale voetbalbeker werd veroverd. De Celeritas-dames hebben destijds – samen met de dames van GDA en KFC’71 – een belangrijke bijdrage in de ontwikkeling van het Haagse en Nederlandse damesvoetbal gehad.

Overigens werd ik op 3 februari van dit jaar enigszins verrast door de berichtgeving dat het bijna 107-jarige Te Werve samen met complexgenoot Vredenburch aan het onderzoeken is of en hoe de leden van Te Werve wellicht vanaf seizoen 2023/2024 bij Vredenburch zouden kunnen aansluiten. Er is nog niets definitief, echter het ziet er naar uit dat men in de nabije toekomst onder de vlag van Vredenburch verder zal gaan. Indien deze plannen worden geformaliseerd verdwijnt de naam Te Werve na circa 107 jaar uit het Haagse voetbal. Te Werve dat als een bedrijfsclub van de Shell te Rijswijk op 1 september 1916 werd opgericht en waarbij de clubnaam werd ontleend aan het Landgoed Te Werve. In de jaren negentig besloot de Shell de voetbaltak van Te Werve los te laten en moest de voetbaltak het schitterende sportpark op het landgoed aan de Vredenburchweg verlaten.

Vanaf 1923 speelde Te Werve dus op het terrein van de Shell (zie foto onder). Het hoofdveld (veld 1) lag binnen de sintelbaan. Het 2e veld lag achter het clubhuis (links in beeld), later werd dit een kunstgrasveld waar reeds in de jaren zeventig oefenwedstrijden werden gespeeld. Het hoofdveld was overigens omringd door de eerste complete atletiekbaan in Nederland waarop vanaf circa 1925 een veelheid aan (internationale) atletiekwedstrijden heeft plaatsgevonden.
In de lijst van honderdjarigen wordt het in 1922 opgerichte Oranjeblauw niet genoemd – het is echter wel zo dat een aantal voormalige Oranjeblauw-iconen anno 2023 bij ODB in een veteranenelftal actief is. Dit clubje Oranje Blauw helden is – onder aanvoering van taxichauffeur Kees van der Ende – overigens niet te beroerd om als laatste welk clubhuis dan ook te verlaten.

Overigens spelen in het Zuiderpark vier clubs die minimaal honderd jaar bestaan. Uiteraard hebben we het over ADO dat in 1925 een vaste stek in het Zuiderpark (2e gedeelte) kreeg en sinds 2017 over een BVO-volwaardig en geweldig gemoderniseerd jeugdcomplex beschikt, HDV en W.I.K. zijn reeds beschreven terwijl HPSV sinds 1936 op een uniek gelegen Zuiderpark-locatie – naast de speelweide – speelt.

Wat zou het voor het Haagse voetbal toch fijn zijn als de ouderwetse derby tussen Quick (3e divisie) en HBS (4e divisie) volgend seizoen als vanouds kan worden gespeeld. Zoals het zich op dit moment laat aanzien maakt HBS grote kans op promotie en zullen de twee authentieke voetbalclubs volgend seizoen wellicht de degens kunnen kruisen – oude tijden kunnen hiermee worden herleefd. Het zal niet om het kampioenschap van Nederland gaan, echter het gegeven dat beide clubs die eretitel in de voetbalprehistorie wisten binnen te slepen zegt veel over het Haagse voetbal van weleer. Hierbij een lijst van Haagse voetbalverenigingen die het kampioenschap van Nederland wisten te behalen: HVV werd in de seizoenen 1890/1891, 1895/1896, 1899/1900, 1900/1901, 1901/1902, 1902/1903, 1904/1905, 1906/1907, 1909/1910 en 1913/1914 kampioen van Nederland. Voor HBS was dit in 1903/1904, 1905/1906 en 1924/1925 van toepassing. Quick daarentegen wist in 1907/1908 de felbegeerde hoofdprijs binnen te slepen, terwijl ADO dit huzarenstukje in 1941/1942 alsmede 1942/1943 wist te realiseren. Verder zijn er geen kampioenen van Nederland vanuit het Haagse te melden, echter dit is niet voor de KNVB-beker van toepassing. Het betreft HBS 1901, HVV in 1903, Concordia in 1906, HBS 2 in 1908, Quick 2 in 1909 en 1910, Quick in 1911 en 1916, VUC in 1927, ADO in 1968 en FC Den Haag in 1975.

Aangezien er in mijn vorige columns nog niet is ingezoomd op voetbalvereniging Laakkwartier is het wat mij betreft de hoogste tijd om op deze ruim honderdjarige in te zoomen. Het bijna 103-jarige Laakkwartier is opgericht in 1920 en speelt sinds 1937 op het huidige complex aan de Jan van Beerstraat. Laakkwartier is o.a. bekend om het omvangrijke veld, de overdekte tribune aan de zijde van het clubgebouw alsmede de staantribune aan de lange zijde aan de overkant van het clubhuis. Deze betonnen staantribune is te vergelijken met de voormalige staantribune van RVC en de huidige staantribune van VUC. Allen tribunes met de nodige obstakels waar een persoon die moeizaam loopt beter kon of kan wegblijven. Bij RVC/Celeritas is deze betonnen bottenbreker overigens door een prachtig opgehoogde beplanting vervangen.
Jarenlang speelde de honkbaltak van Laakkwartier die overigens niet meer bestaat – trouwens bij Celeritas is ook jarenlang honkbal gespeeld en ook bij VUC wordt sinds jaar en dag gehonkbald – haar thuiswedstrijden op het hoofdveld dat in die periode uitstekend werd onderhouden. Uiteraard stonden de honkballers in het verre veld, echter de honken alsmede de plaat lagen in de hoek waar het clubhuis nog steeds is gevestigd. In deze hoek van het veld hing derhalve een enorm net van wel 10 meter hoog om de afgedwaalde honkballen tegen te houden. Het meest opmerkelijke aan deze situatie was en blijft dat het drukbezette gedeelte van het veld na de zomer wel eens oneffenheden op het veld achterliet. Echter de terreinknecht van dienst heeft destijds e.e.a. aardig weten weg te werken, waarvoor hulde. Op de foto hieronder treft u de voormalige (achter)ingang tot het Laakkwartier-complex waar vele toeschouwers het complex betraden en/of verlieten. In de jaren 60 en een deel van de jaren 70 werd de Harry den Hartog beker op het terrein van Laakkwartier gespeeld en was dezelfde entree van toepassing. Op de tweede foto hieronder treft u een beeld uit februari 2023 van dezelfde toegang tot het fantastische complex waar o.a. Roel Zandbergen furore maakte.

Toch maar even terug naar aanstaande zaterdag, de dag dat W.I.K. thuis speelt op het veld dat HDV van 1925 tot 1976 als haar hoofdveld mocht beschouwen. Aangezien er aanstaande zaterdag – in verband met het carnavalsweekend – nauwelijks voetbalwedstrijden op het programma staan is het wellicht de moeite waard om deze ouderwetse Zuiderparkderby bij te wonen. Voor de mensen van HDV betreft het de minst verre uitwedstrijd van het seizoen – zij spelen hun wedstrijden immers sinds 1976 op het voormalige De Ooievaars-veld dat recht tegenover het W.I.K.-complex is gelokaliseerd.

Laten wij binnen het Haagse voetbal trots zijn op onze honderdjarigen. Iedereen binnen het Haagse voetbalwereldje is bekend met het feit dat een veelheid aan clubs het zo gewenste honderdjarige bestaan niet heeft gehaald, echter wat mij betreft kan de lijst van honderdjarigen worden uitgebreid en vallen er ondanks coronaperikelen alsmede de energiecrisis geen historische of jongere verenigingen meer om. Dit jaar – in 2023 – zou de voetvalvereniging JAC honderd jaar bestaan. Dat de vereniging tegenwoordig – na de fusie met SV’35 – de naam SVC’08 draagt zal de JAC-enthousiastelingen er echter niet van weerhouden om het honderdjarige bestaan dit jaar uitbundig te vieren.

Rini Toet
16-02-2023