Velen onder u zullen (on)bekend zijn met het feit dat in 1980 de eerste steen van het SVH en HTSV-clubhuis aan de Erasmusweg is gelegd en men het deels tussen de bomen liggende complex, in goed overleg, tot 2001 heeft kunnen bespelen. Dat het bijna twintig jaar oude clubhuis in 2001 moest worden afgebroken en de twee voetbalverenigingen moesten verhuizen naar het driehonderd meter verderop gelegen voormalige KMD-complex is destijds niet met gejuich begroet, echter op de KMD-locatie kreeg men de beschikking over meerdere voetbalvelden en een fraai clubhuis. Hierbij is het dan wel de vraag of het normaal is dat een clubhuis van 800.000 gulden binnen twintig jaar is afgeschreven. De een noemt het kapitaalvernietiging, de ander beschouwt het als innovatief. Immers er moest plaats worden gemaakt voor de aanleg van een trambaan naar VINEX-wijk Wateringse Veld. Dat die trambaan, die anno 2022 parallel aan de SVH-locatie ligt al jarenlang intensief wordt gebruikt is inmiddels wel bekend, echter het zal voor een select groepje aan HTM-conducteurs best wel een vreemde ervaring zijn geweest om over de bodem van voormalige opstal van het SVH en HTSV-complex in de rails te rijden.

Nu wil ik niet de indruk wekken dat SVH pas in 1980 aan de Erasmusweg is gaan voetballen. Integendeel, reeds in 1959 beschikte de vereniging van de zwarte broeken en de witte shirts over een veld waarop men tot circa 1979 heeft gespeeld, daarna 2 a 3 jaar op het oude veld van Oranje Blauw aan de Schimmelweg en weer terug naar de Erasmusweg. Het voetbalveld lag nabij een boerderij waarbij jongens uit de buurt van de Erasmusweg het sportieve met goed eten konden combineren. Immers, de komkommers en tomaten, die uiteindelijk doorgedraaid zouden worden, lagen voor het grijpen en een enkeling wist mij te vertellen dat het inmiddels in de jaren 60 gebouwde witte SVH-clubhuis voor puberende kwajongens een walhalla was om hier eens goed naar te kijken en indien mogelijk wellicht een soort van eregalerij aan clubiconen te presenteren. Hierbij kan worden toegevoegd dat er tot 1950 nog geen sprake van voetbal identificatiebewijzen (voetbalpasjes) was. Wat mij betreft is het redelijk opmerkelijk dat de KNVB/HVB pas in dat jaar voetbalpasjes voor senioren en in 1953 voor junioren introduceerde. De geldigheid van deze pasjes was destijds vijf jaar. De tijd heeft echter niet stilgestaan en tegenwoordig wordt alles online geregeld.

SVH beschikt heden ten dage over drie voetbalvelden waarvan één kunstgrasveld. Waar nu het derde veld van SVH ligt lagen vanaf 1980 de twee velden van HTSV en SVH. Het 800.000 gulden kostende clubhuis stond ongeveer waar nu de tram rijdt en er kon worden geparkeerd waar nu de heggen naast de verkeersbaan lopen. Achter het derde veld ligt een grasstrook waarop jarenlang een opmerkelijke sport is beoefend. Het betreft Lacrosse, een teamsport waarbij elke speler/speelster een stick met aan het uiteinde een netje draagt. De bedoeling van het spel is om de bal met behulp van de stick in het doel van de tegenstander te schieten, waarbij 1 doelpunt 1 scorepunt oplevert. De lacrossebal is een harde rubberen bal met een gewicht tussen de 142 en 149 gram, en is in grootte vergelijkbaar met een tennisbal. Hierbij is het redelijk opmerkelijk dat dit spel in de Haagse regio door meerdere voormalige voetbalprofessionals is/wordt beoefend en dat SVH lange tijd van de aanwezigheid van deze sporters heeft kunnen profiteren. Helaas is men overgestapt naar een andere locatie, echter dit wil niet zeggen dat het bij SVH alleen aan voetballers is om het complex te betreden. Op vrijdagavonden wordt zowel de begane grond als de eerste etage van het clubhuis benut door een omvangrijke yoga-vereniging die dankbaar gebruik maakt van het omvangrijke pand dat door SVH-vrijwilligers goed is onderhouden. Het is alleen jammer dat de buitenzijde van de 1e etage nog niet door de daartoe verantwoordelijke instantie van een nieuwe verflaag is voorzien

Even een sprong terug naar HTSV dat in 1946 werd opgericht en in 2003 haar Waterloo vond. Het is inmiddels duidelijk dat HTSV een tijd aan de Erasmusweg heeft gevoetbald, echter velen van u zullen nog wel bekend zijn met het feit dat men in het Zuiderpark op het veld van de Ooievaars, het tegenwoordige HDV-terrein, heeft gevoetbald. Dat men ooit aan de van Vredenburchweg is begonnen blijkt uit onderstaande tekst. Opening Sportterrein HTSV – de Haagsche Tram S.V. heeft beslag gelegd op een terreincomplex aan de van Vredenburchweg, dat er in alle opzichten zijn mag: tennisbanen, een voetbalveld en fraaie kleedgelegenheden. HTSV gaat met twee elftallen spelen in de zaterdagmiddag-competitie.
Dat HTSV aanvankelijk in twee competities speelde is absoluut vermeldenswaardig. Men speelde namelijk in de HVB alsmede in de tram en spoorwegcompetitie waarin werd gestreden tegen de RET uit Rotterdam, NZHTB uit Leiden, Tramvogels uit Haarlem en AGT uit Amsterdam. Ik vraag me alleen wel af of men destijds als HTM-medewerker wellicht voordelig naar de beschreven steden mocht reizen.

Het sinds 1967 aan de Erasmusweg spelende GDS., later sv Erasmus, is van oorsprong een Rooms Katholieke vereniging alwaar naast voetbal jarenlang handbal is gespeeld. De vereniging beschikt over eigen grond en is hiermee naast HVV de enige club in Den Haag met het terrein in eigendom, met alle verantwoordelijkheden die hierbij komen kijken. Voor elke vereniging zijn vrijwilligers van essentieel belang, echter wat de mensen van GDS door de jaren heen hebben kunnen realiseren is grotendeels te wijten aan clubleden die door de decennia heen de armen uit de mouwen hebben gestoken en nog steeds steken. Na de fusie met VVP, is sv Erasmus verdergegaan, met uitbreiding van de VVP-voetballers en vrijwilligers. Dit is o.a. terug te zien in vrijwilligerswerk dat normaliter door de gemeente wordt uitgevoerd, echter in dit het geval van ‘Sloten’ door sv Erasmus-leden waaronder voormalige VVP-mensen.
De foto boven geeft een beeld van een jaarlijks terugkerend fenomeen, namelijk “ het Sloten”. Sv Erasmus-vrijwilligers zijn keihard aan het werk om de sloot vrij te maken van natuurlijke blokkades. Als een vereniging e.e.a. in eigen beheer heeft, komt dit bepaald niet eenvoudige klusje, elk jaar weer terug. Dit wordt regelmatig gecontroleerd door het Hoogheemraadschap Delfland, en als het niet correct is onderhouden dan wordt het door hen – met de rekening aan de vereniging – opnieuw gedaan.

In 1967 beschikte GDS over twee voetbalvelden en een pupillenveld. Later kon een stuk grond worden bijgekocht en kon men de inmiddels enorm gegroeide voetbalvereniging op drie volwassen velden laten voetballen. Ook de voetbalvelden waren in eigen beheer en onderhoud, echter heden ten dage is dit niet meer te doen en is het bijhouden van de velden uitbesteed aan de gemeente. Wie had in 1967 kunnen bedenken dat de vereniging in 1997 een fusie met VVP aan zou gaan en dat men in 2020 een belangrijke stap op weg naar een energie-neutrale status zou zetten. Er waren in het verleden reeds de nodige initiatieven genomen om te komen tot besparingen op het energieverbruik. Echter vanaf oktober 2020 is het energiegebruik van het clubgebouw en van de veldverlichting van één van de drie sportvelden volledig gecompenseerd. Nog deze week mocht ik in een dagblad vernemen dat een bepaalde fusie als in de daartoe bestemde maanden kleine veldjes werden uitgezet en heerlijk werd gehandbald. Meerdere sporten op één complex levert mijns inziens extra gezelligheid en onderlinge verbondenheid, echter sv Erasmus heeft van het verlies van de handbalafdeling niet perse te leiden. GDS/sv Erasmus, de voetbalvereniging die in de jaren zeventig de talentvolle speler P. Koers naar het Rotterdamse Feijenoord zag vertrekken heeft rondom de eeuwwisseling een speler in de selectie kunnen opstellen die zelfs in het Nederlands IJshockeyteam heeft gespeeld, waarbij ik er gemakshalve vanuit ga dat deze speler tijdens het voetbalspel geen bodychecks heeft toegepast, zeker gezien het feit dat men zowel bij GDS als bij sv Erasmus van fair spel uitgaat.
Decennialang waren de voetbalverenigingen GDS en GSC buren aan de Erasmusweg, immers er zal hooguit een afstand van enige honderden meters tussen de twee complexen hebben gelegen. GSC, opgericht in 1931, betrok in 1965 het complex aan de Erasmusweg. Ik heb altijd gedacht dat GSC over één veld beschikte waarop alle voetbalactiviteiten konden worden uitgevoerd, echter niets blijkt minder waar. Achter het veld had men de beschikking over een half speelveldje waarop kon worden getraind. Via een daartoe bestemd bruggetje kon toegang tot het toch wel knusse complex, voorzien van o.a. de blauwe clubkleuren, worden verkregen. GSC was een vereniging waar een veelheid aan families elkaar op zondagen opzocht en de nodige drankjes zijn genuttigd. De club beschikte over een soort van bij-kantine waar in de jaren veelvuldig kon worden gekaart en men in de GSC/ESDO periode op donderdagavonden incidenteel films kon kijken waar Kim Holland jaloers zou zijn geweest. Daarnaast werden er geweldige kaart- en feestavonden georganiseerd. De club had de beschikking over zes kleedkamers, waarvan er blijkbaar één voor speciale doeleinden was ingericht en ik er via een radio-uitzending achter kwam waarvoor. Helaas kan ik hier verder niet op inzoomen.

Een opmerkelijke anekdote betreft het bloemkool incident tijdens een wedstrijd bij GSC-eind jaren zestig. In die tijd bestond de nabije omgeving van het GSC-veld uit tuinderijen en was het veld door middel van een smal slootje van de tuinderijen gescheiden. Op dat moment dat een wedstrijdbal ergens in de tuinderij belandde en een speler zo goed was de bal op te halen, viel het oog van de bewuste speler, op een bloemkool ter grootte van een wedstrijdbal. De speler bedacht zich geen moment, sprong over de smalle sloot op het veld en nam de inworp bewust richting tegenstander die de bloemkoolbal direct op zijn slof nam. Het is dat het schoeisel in die tijd van robuust materiaal was samengesteld, anders had de bewuste GSC-speler zeker zijn middenvoetsbeentjes gebroken of gekneusd. Moet u maar eens proberen, een bloemkool ter grootte van een voetbal, uit de lucht op je pantoffel nemen! Overigens vraag ik mij oprecht af of de veelheid aan kassen destijds op één of andere manier waren verzekerd. Het zal toch regelmatig zijn voorgekomen dat een bal over de zijlijn richting kassen is getrapt het glaswerk van de kassen is beschadigd.

In 1995 verhuisde ESDO van de Buurtweg naar de Erasmusweg en is fusieclub GSC/ESDO ontstaan. In 1998 sloten drie, nog overgebleven, elftallen van Paraat zich aan bij de club aan de Erasmusweg en werd afgesproken dat de ene zondag de drie voormalige Paraat elftallen thuis zouden spelen en de andere zondag de oorspronkelijke GSC/ESDO elftallen. Zo bleven de clubmensen van Paraat, GSC en ESDO bij elkaar totdat een deel van de vereniging in 2009 besloot haar heil elders te zoeken. Inmiddels speelt GSC/ESDO op het voormalige LENS-complex en is op het voormalige GSC-complex een prachtige villawijk uit de grond gestampt. Het terrein waarop de kassen stonden en de bloemkolen als bal werden beschouwd is klaar voor bebouwing, niet voor het telen van groenten maar voor huizenbouw. Overigens trainde en speelde en ook PEC Den Haag vier seizoenen, van 2005 t/m 2009, op het GSC-terrein. Daar waar GSC/ESDO op dinsdag en donderdag trainde, werden de trainingen van PEC Den Haag op maandagen en woensdagen afgewerkt. De samenwerking tussen beide verenigingen is destijds voortvarend verlopen, men beschikte over eigen koelkasten per vereniging zodat op zaterdagen, maandagen en woensdagen de ijskasten van PEC Den Haag en op zondagen, dinsdagen en donderdagen de ijskasten van GSC/ESDO werden gebruikt. Enigszins te vergelijken met PGS en VOGEL aan de Genemuidenstraat, met dit verschil dat VOGEL daar op vrijdagavond trainde en het wel eens is voorgekomen dat men op zaterdagochtend nog aan de bar zat, terwijl de PGS-barvrijwilligers het clubhuis betraden om hun bardiensten te draaien.

Aangezien betreffende Celeritas reeds in eerdere column ingezoomd wordt in deze column ingezoomd op het verblijf aan de Leyweg, nabij de Erasmusweg. Celeritas speelde vanaf 1948 tot 2014 op de velden aan de Leyweg waar vanaf 2014 een prachtig hockey-complex is gerealiseerd. Dat Celeritas, met het prachtige roodgele shirt, in een historisch rijtje van oude Haagse voetbalverenigingen kan worden gezien is uiteraard fenomenaal.
De vereniging werd op 9 mei 1907 opgericht als HSV Celeritas (Haagse Sport Vereniging Celeritas). De letters HSV kwamen ook overeen met de sporten die bij Celeritas konden worden beoefend: Honkbal, Softbal en Voetbal. Van 1939-1999 telde de club een honkbalafdeling. Dit was de eerste honkbalvereniging in Zuid-Holland, terwijl in 1961 de softbalafdeling voor vrouwen werd opgericht. Het eerste honkbalteam speelde in 1970, 1971 en 1974 in de Hoofdklasse, het hoogste niveau. De honkbal en softbal afdeling kan als redelijk succesvol worden gekwalificeerd, echter inzake het voetbal zijn tevens opmerkelijke successen neergezet.

Zo speelde het eerste mannenelftal in de jaren 50 en 60 regelmatig in de tweede klasse KNVB, destijds het 2e amateurniveau. De grootste successen werden echter bereikt door de damesvoetbalafdeling van de Leyweg-bewoners welke in 1972 door de onlangs overleden Peter Teunissen met veel enthousiasme leven werd ingeblazen. Deze grondlegger van het Celeritas-damesvoetbal heeft destijds een veelheid aan voetbaldames weten te enthousiasmeren e.e.a. serieus op te pakken. Het hoogtepunt betreft de gewonnen bekerfinale waarin de nationale voetbalbeker werd veroverd. Een veelheid aan Celeritas-meiden speelden in de jaren tachtig voor het Haagse dameselftal, waarvan een drietal (Sarina Wiegman, M. Baan, M. van Dinten) zelfs een plaats in het Nederlands dameselftal wist te veroveren. De Celeritas-dames hebben destijds een belangrijke bijdrage in de ontwikkeling van het Haagse en Nederlandse damesvoetbal gehad. Onder leiding van Peter Teunissen speelde men destijds in de Hoofdklasse, hoger kon niet. Van diezelfde Peter Teunisse trof ik een krantenartikel uit 1967 waarin hij als speler van het Haagsche amateurelftal werd beschreven.
Overigens speelde Peter Teunissen met zijn broers Jos, Jerry en Stef zeven jaar samen in het eerste elftal van Celeritas. Lijkt wellicht enigszins op EBOH uit Dordrecht alwaar in de jaren vijftig vijf broers van der Gijp in het vlaggenschip uitblonken. Echter veel dichter bij dan u denkt speelden vijf broers Koegler in ODB 1 (Jan, Bas, Rini, Nelis en Pop). Mocht u nog een Haagsche vereniging kennen waarin meer dan twee broers samenspeelden dan verneem ik dat graag van u. Ik weet wel dat bij Verburch meer dan twee broers uit de familie van Staveren hebben samengespeeld. René van Staveren is destijds overgestapt naar voetbalvereniging Noordwijk, alwaar deze speler nog steeds als gewaardeerd voetballer wordt gezien. Ook van Wit Blauw RK is bekend dat daar meerdere broers de Graaf voor het vlaggenschip zijn uitgekomen.

Op de een of andere manier is er in het (sport)leven sprake van vette en magere jaren en zo werd na een aantal tegenvallende jaren het damesvoetbal van Celeritas aan het eind van seizoen 1997/1998 opgeheven. Of het einde van het Celeritas-damesvoetbal te vergelijken is met het einde van GDA-dames is mij onbekend, het is echter absoluut jammer dat beide voormalige damesafdelingen niet meer bestaan.
Krantenbericht 1960 – Celeritas Uit de brand – Bij Celeritas weet men wat aanpakken is. Het door onverlaten in brand gestoken clubgebouw is weer „mooier en schoner dan voorheen” herrezen. Een bijzonder grote jeugdafdeling, een eerste plaats op de ranglijst en de grootste verkoop van toto-zegels zijn feiten, die deze oudste derdeklasser tot grote vreugdestemmen.

Krantenbericht 1960 – Het veld van Celeritas, de club die in het naderende nieuwe seizoen de gelederen van de Haagse tweedeklassers gaat versterken, is verplaatst. Er kwamen geen verhuiswagens en adreswijzigingen aan te pas. Men moet zelfs scherp kijken om die verhuizing te kunnen vaststellen. De verplaatsing van het terrein bedroeg namelijk niet meer dan enkele meters. Dat was echter net voldoende om langs de lijn een beetje ruimte te krijgen. Op de vrijgekomen strook bouwen nijvere Celeritas-medewerkers thans een staantribune. Al naar het uitkomt werken daar 6 tot 20 mannen met kruiwagens, spaden, sterke handen, goede wil en andere gereedschappen. Van puin, zand, betondelen en sintels wordt daar met warme geestdrift en vurige clubliefde een pracht tribune gebakken. Straks zullen meer dan 1000 kijkers daarop een plaatsje kunnen vinden.’ Eer verplicht. Men is nu tweedeklasser en men wil netjes voor de dag komen. En mét de reeds bestaande clubgebouwen, mét het geëgaliseerde veld en mét een nieuwe afrastering krijgt Celeritas de behuizing, waarvoor men zich vast niet behoeft te schamen.

In het Celeritas-honkbalteam speelde in de jaren 70 ‘Zwarte Wil’, eigenaar van café de Cardinal die in de jaren 70 en begin jaren 80 op doordeweekse trainingsavonden voetballers uit geheel Den Haag naar zijn kroeg wist te lokken. Dit vanwege de gezelligheid alsmede de kippenpoten die zodanig waren gekruid en heerlijk smaakten, dat e.e.a. met een extra biertje gecompenseerd moest worden. Het was tevens de kroeg waar, naarmate een seizoen vorderde, spelers besloten over te stappen naar een andere vereniging waarvan de vertegenwoordigers aan de bar e.e.a. met zo’n speler regelde. In die periode waren transfers van club A naar club B nog geen schering en inslag, echter voetbal passanten waren er toentertijd wel degelijk.
Ooit speelde de Oude Haagse Glorie, ter gelegenheid van de opening van een nieuwe lichtinstallatie, een vrijdagavondwedstrijd tegen Celeritas 1. Over het algemeen hadden dit soort wedstrijden een vriendschappelijk karakter, echter tijdens deze wedstrijd ging het mis. De al aardig op leeftijd meespelende Roel Zandbergen sr. werd onverbiddelijk neergemaaid en dat heeft de dader geweten. De spits van de OHG, tegenwoordig woonachtig in Brabant, heeft de onverlaat over het gehele veld achternagezeten en vervolgens hardhandig aangesproken op zijn onredelijke gedrag. Een paar jaar later speelde de OHG wederom een wedstrijd tegen Celeritas 1. In het eerste kwartier werden de iconen van weleer volledig weggespeeld, echter nadat de oude lichamen op gang kwamen hebben de voormalige topamateurs de jonkies van Celeritas volledig van de mat getikt, 1 – 3 voor de OHG.

In mei 2014 speelde het vlaggenschip haar laatste wedstrijd op het voor Celeritas zo vertrouwde complex aan de Leyweg. Behalve de opstal deden de redelijk ingezakte, in 1960 gebouwde, staantribunes denken aan gouden tijden van weleer. Op die dag ontvingen de veelal vergrijsde barmensen alle bezoekers in het clubhuis en als ik me niet vergis waren dit grotendeels dezelfde mensen die op doordeweekse dagen het clubhuis schoonhielden en allerlei andere klusjes uitvoerden. Kortom, echte clubmensen die ongetwijfeld met de Celeritas-bus naar uitwedstrijden zijn meegereisd. Deze bus werd ooit voor een leuk prijsje gekocht door Dennis Jos en Nico Buys en was volledig volgeplakt met sponsornamen die er via het sponsorgeld voor zorgden dat de reguliere jaarlijkse kosten konden worden gedekt. Had men wel recht op een plekje in de bus om mee te reizen naar uitwedstrijden, de toppers in concert te Amsterdam, de VI inside studio te Hilversum en jaarlijkse trainingskampen. Inmiddels heeft de bus een mooi plekje in het HTM-museum gekregen en verzamelt een deel van de oude Celeritas-kern zich op woensdagen in het RVC/Celeritas clubhuis op Sportpark Irene en zal een deel van dit team op Koningsdag 2022 ongetwijfeld een bijdrage leveren aan de RVC/Celeritas wervingsactie in de Strijp. Want het blijven echte clubvrijwilligers.
Rini Toet
26-04-2022