In de jaren negentig heeft de KNVB in al haar wijsheid besloten om de zogenaamde onderafdelingen op te heffen en waarschijnlijk vanuit bezuinigingsoogpunt e.e.a. te centraliseren om de onderafdelingen in de jaren negentig onder te brengen in de vijfde en zesde klasse KNVB. Het HVB-kantoor aan de IJzerwerf, daar waar nu een schoolgebouw van het Mondriaan college is gehuisvest, werd opgedoekt en vanaf dat moment konden de Haagse voetbalverenigingen voor hun voetbaladministratie terecht in Rotterdam. Uiteindelijk heeft de centralisatiedrang geleid tot één centraal gelegen en georganiseerd centrum in Zeist. De locatie tussen Woudenberg en Zeist alwaar de KNVB sinds jaar en dag is gehuisvest. Is niks mis mee zou men kunnen denken, echter vanaf het opheffen van de onderafdelingen binnen het amateurvetbal speelde HVB elftallen in de KNVB. De grote vraag hierbij was of die HVB-voetballers het niveau van de KNVB wel aankonden, immers er waren in die tijd voldoende in de KNVB uitkomende verenigingen die de HVB maar niets vonden en als je in de voetbalkroegen goed luisterde bekroop je wel eens het gevoel dat er laatdunkend over die HVB werd gedacht. Is dit terecht? Ik denk het niet en dit wil ik graag beargumenteren door middel van het beschrijven van HVB-voetballers met bijbehorende anekdotes uit de periode van 1975 tot en met 1988.

Bij mij schieten voldoende namen te binnen van HVB-spelers die met gemak op kwalitatieve gronden bij onze hoogste spelende regionale amateurclubs mee hadden gekund en aldaar een basisplaats hadden kunnen afdwingen. In dit artikel zal een aantal HVB-voetballers worden benoemd, echter ik ben me er nu al van bewust dat een veelheid aan talentvolle HVB-spelers onbenoemd zal blijven. Waarvoor excuses.

Toen ik in juni 1978 op de tribune van het Laakkwartier-complex plaatsnam om de wedstrijd van de 1e ronde om de Harry den Hartog beker te aanschouwen zaten er naast mij een aantal personen met te weinig respect voor het HVB-voetbal. In het Zuiderparkelftal speelden, naast KNVB-spelers van VVP en RAVA, namelijk ook spelers van onderafdelingsclubs als W.I.K., HDV en Triomph. Ik hoor ze het nog zeggen “het bagger uit de HVB doet ook mee”. De monden werden echter snel gesnoeid. Het Zuiderparkelftal won drie of vier keer de fel begeerde Harry den Hartog bokaal en wist hiermee vriend en vijand te verrassen. Dat in de jaren zeventig en tachtig bij HDV, WIK en Triomph spelers rondliepen die hogerop konden is duidelijk. Voormalig professional Wim Lalleman bouwde af bij HDV, Erik Versteegh maakte vanuit HDV een sprong naar het betaalde voetbal en Addy van Rijn bleef, ondanks een uitstapje naar Te Werve, de groen/witten uit het Zuiderpark jarenlang trouw. Nog een grote HDV-voetballer betreft Jan Schoon die ook nog een veelheid aan HVB-wedstrijden voor Groen Wit 58 en VDS heeft gespeeld. Kon echt hogerop, echter de HVB is hem blijkbaar altijd goed bevallen. Bij Groen Wit 58 heeft hij nog samengespeeld met de ouderwetse spelverdeler Theo Vuyk die men in die jaren o.a. ook bij HVB club Archipel aan de Buurtweg heeft kunnen bewonderen. Archipel waar tevens jarenlang Ton Middeldorp heeft uitgeblonken. Deze huidige voorzitter van DSO is zijn HVB-vereniging ook altijd trouw gebleven. Bij WIK zijn er in de periode 1975 tot en met 1988 nauwelijks spelers naar een andere vereniging overgestapt. Uitzonderingen betreffen Peter van Oström (naar HMSH), Edwin Hazebroek naar Voorburg en Michel Lorsheijd naar LENS, Voorburg en RVC. Laatstgenoemde keerde in 1987 terug naar de zwart/witten uit het Zuiderpark en speelde vervolgens nog tien jaar in de hoofdmacht van de volksclub. In de jaren zeventig speelde voormalig professional voetballer Ton Verbij in het WIK-vlaggenschip. Dit is ook voor Frank Vrijmoed sr., die ooit een proefwedstrijd bij Vitesse (Arnhem) speelde, van toepassing.

Op de foto o.a. vertegenwoordigers van het Zuiderparkelftal in 1978: Coos Hübscher trainer, Henk Heemskerk (topspeler van RAVA en aanvoerder-3e klasse KNVB), Leo van der Mark (Triomph-HVB), Ben Kolstee (Triomph), Arno en Jan van Riet (VVP-4e klasse KNVB), Ben Gelauf (VVP), Leo Toet (W.I.K.-HVB), Andre en Willem Lorshijd (W.I.K.), Hugo Lochtenberg (Triomph), verzorger Harrry Vernooy (in die jaren normaliter verzorger van Texas) en leider de heer Wullems van De Ooievaars en vertegenwoordiger van de Zuiderpark-belangencommissie.

En wat te denken van Bert Tijdeman, Dick Sloos en Jan Renooij van NLS (1e klasse HVB) die samen met hun NLS-voetbalmaten in 1981 de HC-cup wisten te veroveren. Jan Renooij maakte later de stap naar ADO Den Haag, terwijl Dick Sloos na het opheffen van NLS op hogere voetballeeftijd alsnog de stap naar hoger spelende clubs heeft gemaakt. Sloos speelde voor zijn NLS periode al op een hoger niveau. Op die finaleavond van 26 mei 1981 was het groot feest op het woonwagenkamp aan de Escamplaan. De ‘plaatselijke’ voetbalclub NLS (speelde haar reguliere thuiswedstrijden op een veld aan de Buurtweg) had de finale van de HC-Cup, op het veld van Scheveningen, gewonnen. Toen de zon al aan de hemel stond, zochten de feestvierende NLS-ers en hun enorme aanhang pas de koele lakens op. Dat de dag hiervoor een veelheid aan woonwagenbewoners vanuit geheel Nederland richting Scheveningen was gereisd was op zich niet vreemd, echter het hele stel wilde na de overwinning op Schipluiden mee naar het kamp aan de Escamplaan en minimaal de helft daarvan heeft destijds het feest uiteindelijk meerdere dagen gevierd.

Ook Bij Duindorp sv zijn door de HVB-jaren heen diverse grote voetballers op de velden van Houtrust verschenen. Opvallende voetballers welke zeker niet ongenoemd mogen blijven betreffen o.a. Martin van Bemmel, Johan van Wijngaarden en Dick Advocaat die na zijn professionele carrière zijn broer Jaap Advocaat, die in de jaren tachtig trainer van Duindorp was, zich niet te min voelde om in de HVB te voetballen. In die jaren blonk Duindorp sv uit met sterrenslagen waar menig evenementenbureau jaloers op zou kunnen zijn. Aan het eind van het seizoen werden o.a. wedstrijden tussen het Scheveningse en het HVB-elftal of het Scheveningse elftal tegen FC Utrecht gespeeld. Verder wedstrijden van Duindorp sv tegen artiestenelftallen alsmede oud-profs (o.a. oud-Holland Sport) die te allen tijde bereidwillig waren om het seizoen bij Duindorp sv gezellig af te sluiten. Hoe krijg je het voor elkaar om helden als Wim van Hanegem bij de Duindorpse volksclub acte de préséance te laten geven om hem vervolgens na de wedstrijd in volle borst mee te zien zingen met Jacques Herb’s Manuela. Dit dateert nog uit de tijd dat van Hanegem met Truus was getrouwd, kun je nagaan. Zelf heb ik nog de eer gehad om op zo’n dag met het HVB-elftal tegen het Scheveningse elftal te mogen aantreden. Uiteraard een veelheid aan toeschouwers die na de wedstrijd het gezellige clubhuis betraden en eigenlijk wist ik niet hoe snel ik ook naar binnen moest komen. Het was de bedoeling dat alle spelers zich ergens in de haven voor een diner zouden melden, echter op het gewenste tijdstip liep een veelheid aan spelers nog de polonaise in het overvolle clubgebouw. Tot mijn grote spijt kan ik u melden dat ik nooit op dat diner ben verschenen. Kun je eigenlijk niet maken als aanvoerder van het HVB-elftal, waarvoor alsnog excuses met terugwerkende kracht.

In de jaren tachtig speelde W.I.K. 1 in de HVB-hoofdklasse tegen ESDO aan de Buurtweg, tegenover Duindigt. ESDO beschikte met uitstekende spelers als Michel Lier, Albert van der Dussen, John de Wolf en keeper Claus Heijstek, over een prima elftal, echter tegen W.I.K. had men het altijd moeilijk. Dit leidde tot frustratie bij de ESDO-trainer die een voor de dug-out liggende reservebal keihard de dug-out in knalde en hem binnen een seconde vol in zijn gezicht terugkreeg. Een gemetselde dug-out betekent dat de bal met dezelfde snelheid terugkomt als dat deze er wordt ingeschoten. Het leder raakte de trainer alsof er sprake was van een linkse directe en ESDO’s oefenmeester heeft vanaf dat moment de wedstrijd redelijk verslagen gadegeslagen. Van overmatig enthousiasme was vervolgens in ieder geval geen sprake meer.

O.a. in de periode 1975 tot 1988 is een veelheid aan HVB-voetballers voor het zogenaamde HVB-elftal geselecteerd. Wat te denken Ronald Telle en John de Bruin van ADS, Rini Toet, Marco Demeier en Paul Sieck van WIK, Wim Lazerom, Rinus van der Mark en Karel Waanders van TEDO, Hugo Lochtenberg van Triomph (voormalig prof van ADO Den Haag), Coen ’t Hart en Ronald Teunissen van DORR, keeper Erik Plugge van GONA, Frank Kuyl van VCS zaterdag, Richard Langeveld en Dick Hooning van Westerkwartier, R. Zemering van VVM, Claus Heijstek van ESDO, Ton Ros en Haddadi van VDS, Arjan van Sliedrecht en Frank Nelemans van PDK zaterdag die in die periode ook twee spelers van Britse afkomst aan het HVB elftal leverde (A. Wickert en A. Cairns), Jaap en Hans Donkervoort, S. Vrolijk en Jan Keus van Cromvliet, R. Baay van HPSV, A de Weerd en B. Schermer van SOA, F. de Klein en B. Kleinee van Zwart Blauw, Remco Oudshoorn en Ger Fens van Kranenburg en niet te vergeten HS Texas DHB speler Erwin Metman die vanuit de hoofdklasse HVB naar KV Mechelen verhuisde. Ik heb de eer gehad om nog 1 jaar met hem in het HVB-elftal te spelen.

In 1982 speelden twee spelers van Zwart Blauw in het HVB-elftal dat onder leiding van trainer/coach Ton Beije het jaarlijks terugkerende kampioenschap van Nederland speelde. Het betrof Fred de Kleijn en Bennie Kleinee. Prima voetballers, Kleinee een kuitenbijter en de Kleijn een kerel van circa twee meter die zijn mannetje staat en als basketballer niet zou misstaan. De mannen bleken kerels van de gestampte pot en Haagse humor stond hoog in het vaandel. Zo vertelde Kleijn mij op de dag van het Nederlands kampioenschap met een lachend gezicht dat hij ooit een gele kaart kreeg voorgeschoteld en hij zijn naam moest doorgeven. Niet lang hiervoor was Kleinee ook al beloond met een gele prent. De enorm uit de kluiten gewassen centrale verdediger gaf aan dat hij Kleijn heette, waarna de geïrriteerde leidsman van dienst de Kleijn een rode kaart voorgeschotelde. Onder het motto dat de scheids zich niet in de maling liet nemen noch kleineren ontstond een discussie die pas werd opgelost nadat de staf van Zwart Blauw d.m.v. een identificatiebewijs kon aantonen dat de lange verdediger inderdaad met de naam de Kleijn in het geboorteregister was geregistreerd.

Hierbij nog een overzicht van spelers die in het HVB voetbal hebben uitgeblonken. Wat te denken van Ton Wildschut en Richard Teeuwissen van Quick Steps, Jan Linkerhof, Peter Meefout en Puck Hofland van de Valkeniers, Zier Tebbenhof sr., Gerard Durand, Paul Korver sr. en Rob van der Vegt van Kranenburg. Van der Vegt die ooit bij RAS is begonnen en vervolgens meer dan driehonderd wedstrijden in de hoofdmacht van Kranenburg heeft gespeeld alvorens hij de stap naar Scheveningen maakte. Dat hij na zijn RAS-periode bij de betaalde jeugd van Holland Sport heeft gespeeld zegt genoeg over zijn voetbalcapaciteiten, zeker gezien het feit dat hij als spitsspeler de stap naar PEC Zwolle en/of Wageningen had kunnen maken. Echter deze uitstekende voorhoedespeler vond Wageningen en Zwolle te ver van de Haagse toren. Ook diverse aanbiedingen vanuit het Westland legde hij resoluut naast zich neer, Kranenbrug was en werd zijn club. De vereniging waar hij samenspeelde met de reeds genoemde Paul Korver sr. die in de HVB maar ook KNVB een record aantal wedstrijden in de hoofdmacht van Kranenburg speelde en zelfs de eer had om samen met zijn zoon in het vlaggenschip te mogen/kunnen spelen.

John Nieuwenburg sr. van Oranjeplein was een talentvolle middenvelder, die met gemak de stap naar het betaalde voetbal had kunnen maken. Om moverende redenen is e.e.a. niet gelukt, echter in begin jaren zeventig was hij capabel genoeg om op het hoogste niveau uit te blinken. Dat hij in de jaren tachtig voetbalvereniging Oranjeplein o.a. in de HVB heeft vertegenwoordigd was opzienbarend. Met een ijzeren conditie, een geweldig spelinzicht en een subtiele techniek had hij op zijn 35ste met gemak een stap naar het hoogste amateurniveau kunnen maken.

Ton Boevink was een talentvol voetballer die als speler van sv DHB (in de HVB) eind jaren zeventig door Cor van der Hart werd gevraagd mee te gaan naar de Ford Lauerdale Strikers in de USA, echter hij bleef lekker in Den Haag, heeft nog jarenlang het spel verdeeld en is vervolgens trainer geworden, een ambt dat hij tot 2018 heeft ingevuld.

Bij ADO zaterdag liep in de jaren tachtig een veelheid aan spelers die absoluut hogerop hadden kunnen spelen. Op een zaterdag heb ik persoonlijk vol bewondering kunnen waarnemen dat spitsspeler Willem Kuiper tien doelpunten in de hoofdklasse van de zaterdag HVB wist te scoren. Tien doelpunten maakt je niet zomaar, er was duidelijk sprake van een topspits en goede aangevers.
Het is in 1980 dat twee talentvolle voetballers van Vliethage, uitkomend in de 2e klasse van de HVB, door Lokeren (hoogste niveau in België) worden uitgenodigd om aldaar een proefwedstrijd te spelen. Een dag voor de betreffende wedstrijd besluit het tweetal nog even op stap te gaan om de volgende ochtend met een soort van kater plaats te nemen in de rosé Rolls Royce van elftalleider John Taal (eigenaar van de EROS Club). De aankomst in België met het rosé vervoersmiddel is op zich al opzienbarend waarna het tweetal wordt gevraagd of zij iets willen drinken. Waarop ‘doe mij maar een biertje’ wordt geantwoord. George Schouten (een geweldige spitsspeler) en Koen Roos (een dynamische middenvelder die later nog naar Oranjeplein overstapte) spelen de proefwedstrijd, echter na de terugreis vanuit Lokeren is nooit meer iets uit België vernomen.

Uit dit beschreven artikel is wat mij betreft duidelijk te concluderen dat de HVB door de jaren heen goede voetballers heeft voortgebracht. Reden te meer om de beeldvorming over slechte HVB-voetballers definitief weg te nemen. Er is toch niemand in Den Haag die kan stellen dat Jan Simonis van Paraat, en nog vele nog niet genoemde HVB-voetballers met hem, niet konden voetballen?

Rini Toet
26 mei 2021