Vorige week wandelde ik langs een garagebedrijf – het was ongeveer dertig graden – de deur stond open – ik rook de lucht van rubberen banden. Autobandenlucht die ik herkende van diverse kunstgrasvelden die onder zomerse omstandigheden – als gevolg van het strooien met rubberen korrels – bij mij een hardnekkige hoofdpijn veroorzaakte. Ik heb altijd gedacht dat het inademen van dit soort rotzooi – nooit en te nimmer goed voor de menselijke longen zou zijn.

Wat heeft dit met de historie van het Haagse voetbal te maken zult u denken, echter reeds in de jaren zeventig beschikte HMSH over een kunstgrasveld waarvan tijdens afkeuringsperiodes dankbaar gebruik werd gemaakt. De voetbalverenigingen stonden als het ware in de rij om vriendschappelijk tegen HMSH of GONA aan te treden. Dat op dit soort eerste generatie kunstgrasvelden het risico op derdegraadsverbrandingen groot was werd op de koop toegenomen. Dat vervolgens de kans op infecties als gevolg van open wonden opliep, werd door velen als een soort van geaccepteerd risico beschouwd. Dat een bal in de voeten moest worden aangespeeld en afhankelijk van de situatie niet een metertje voor de medespeler kon worden aangespeeld was bij aanvang van een wedstrijd op het plastic gras in het eerste kwartier van de wedstrijd nog niet duidelijk, echter daarna wel. Als een bal eenmaal ging lopen – zoals dit in de voetbalwereld wordt aangeduid – dan liep de bal sneller en sneller waarna men de kans had dat alleen John Schermer van SOA de bal nog binnen kon houden. Op kunstgras veranderde het spel absoluut. Hier zal niet iedereen het met mij eens zijn echter het gros van de oud-voetballers die ik spreek beaamt dit.

Er zijn grote voorstanders alsmede tegenstanders van het huidige kunstgras dat zich in de afgelopen decennia aanzienlijk heeft doorontwikkeld. Nog immer is het zo dat het ene kunstgrasveld niet het andere is. Er zijn velden met een wellicht te harde ondergrond waarvan je als je langs het veld staat te kijken het gevoel krijgt dat er een kudde buffels op een toendra passeert – zo dreunt het harde tapijt. Men kan mij veel wijsmaken, echter dit kan nooit goed zijn voor het enkelgewricht of overige kwetsbare lichaamsdelen. Er zijn velden met kurkkorrels en rubberkorrels, echter de geleerden zijn er blijkbaar nog niet over uit of de rubberen versie wel of niet veilig is. De veiligheid van het voetballen op kunstgras kwam enkele jaren geleden in opspraak nadat gespeculeerd werd dat de rubber granulaatkorrels tussen het plastic gras giftig en kankerverwekkend zouden zijn. Deze korrels werden/worden gebruikt bij sportvelden om ervoor te zorgen dat de bal goed kan stuiteren en dat sporters zich bij een sliding of val minder snel bezeren. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft naar aanleiding van deze speculaties de korrels destijds uitgebreid onderzocht. Zij concludeerde dat – ondanks het feit dat er inderdaad kleine hoeveelheden giftige stoffen vrijkomen – de velden volledig veilig zouden zijn; onder het motto dat mensen tenslotte niet constant op het veld aanwezig zijn werd aangegeven dat je als ouders je kinderen dus met een gerust hart kon/kan laten voetballen. Ik kan niet anders concluderen dat de mening van het RIVM, zeker na allerlei discutabele uitspraken tijdens Corona epidemie, hier en daar ter discussie kan worden gesteld.

Balen! De voetbaltraining moet vanwege het weer wederom worden afgelast. Dit hoor je regelmatig wanneer er op echt gras wordt gevoetbald, tenzij er sprake is van kunstgras. Voor voetballiefhebbers biedt een kunstgrasveld de mogelijkheid om op vrijwel elk gewenst moment de sport te beoefenen – behalve als een veld bevroren is en de kunstgrasvezels kapot kunnen worden getrapt. Er zijn nog wel meer voordelen inzake kunstgrasvelden te benoemen. Wat te denken van de plastic velden die in vergelijking met reguliere grasvelden – naarmate een seizoen vordert – egaal blijven. De reguliere voetbalvelden zijn vanaf februari, als de gemeente met enorme hoeveelheden zand de boel vlak probeert te houden, in de middenstrook keihard terwijl aan de buitenzijdes van het veld de hobbeligheid toeslaat. Oneffenheden die tot snel balverlies en vreemde balbehandelingen kunnen leiden. Hierbij vraag ik mij echter wel af waarom een veelheid aan voetballers bijvoorbeeld in de jaren zeventig en tachtig hier absoluut geen last van had – vele eerste elftalspelers hadden ook in die jaren totale controle over de bal en het één keer raken of nauwkeurig en strak aanspelen van de bal was een fluitje van een cent. Natuurlijk waren het destijds klotevelden, echter ik heb in die periode nooit iemand horen klagen – wij wisten niet beter.

Een bijzonder groot voordeel van kunstgrasvelden betreft het onderhoud, alhoewel ik daar waar van toepassing nog steeds graag een veld zie maaien. Alleen de geur al, met name in de maand augustus, wekt bij mij nostalgische voetbalgevoelens op. Voor een voetballer is het enorm fijn als men in de maanden augustus en september een avondwedstrijd op een zojuist gemaaid voetbalveld mag spelen – zeker als er sprake is van dauw.

Als je in Den Haag een ritje langs de voetbalvelden maakt tref je nog zes accommodaties waar alle velden nog van het ouderwetse gras zijn voorzien – hier ligt dus nog geen kunstgras. Het betreft het HPSV-veld in het Zuiderpark, de prachtige locatie van De Ster waar voorheen Cromvliet furore maakte, het veld van s.v. Zuid West Den Haag (voormalig veld GONA, daarna HMC) aan de Berensteinlaan en KSD/Marine waar de twee echte velden er wat mij betreft schitterend bijliggen – moet ik wel aangeven dat ik begin juli nog even ben langsgefietst en de voetbalgrasvelden er dan overal goed uitzien. Het complex van KSD/Marine straalt rust uit en het komt dan ook regelmatig voor dat jonge herten en roofvogels worden gesignaleerd die het geheel bijna sprookjesachtig doen overkomen. Een vierde voetbal locatie waar tot voor kort nog geen sprake was van kunstgras betreft Duindorp sv . Met nadruk op tot voor kort – op dit moment worden de twee Duindorp sv velden volledig gerenoveerd en zal binnen afzienbare tijd het hoofdveld van de meest moderne kunstgrasmat worden voorzien. Het historierijke HVV mag in dit rijtje niet ontbreken. Naast s.v. Erasmus (GDS) beschikt de Koninklijke HVV aan de Hogenhoucklaan over een eigen complex en velden. Het prachtige hoofdveld met de maximale afmetingen, waarop vanaf oudsher in de zomermaanden tevens cricket wordt gespeeld, is voorzien van een prachtige grasmat. De terreinen en opstallen, die eigendom zijn van de vereniging, worden onderhouden door een terreinmeester in vaste dienst. Hulp van de leden bij het schoonhouden, het ombouwen van voetbal- naar cricketvelden en omgekeerd en diverse andere werkzaamheden is hierbij onontbeerlijk. Tot slot het hoofdveld van s.v. Madestein waar voorheen de Postduiven furore maakte en ik in een eerdere column uitgebreid ben ingezoomd.

Verder herken ik in Den Haag geen formele voetballocaties waar nog geen kunstgras ligt. Dit wil niet zeggen dat er door standaardelftallen – in competitieverband – op die locaties slechts op kunstgrasvelden wordt aangetreden. Tot mijn grote verbazing is er nog een behoorlijk rijtje met eerste elftallen dat na een wedstrijd met echte graskluiten aan de schoenen het veld verlaat. Wat de denken van Toofan, Die Haghe en PGS/Vogel op één van onze oudste sportparken in Den Haag, sportpark Ockenburg. Op deze toplocatie zijn wel kunstgrasvelden aangelegd, deze worden echter alleen bij uitwijk of door niet standaardelftallen gebruikt. Het VCS-hoofdveld en dat van BMT voelen met hun geweldige tribunes en echte grasmat nog ouderwets aan, terwijl ik er bij Quick Steps niet zeker van ben op welk veld het standaardelftal de competitiewedstrijden afwerkt. Of op het grasveld voor het clubhuis of op het kunstgrasveld – ik weet het niet – u misschien? Bij voetbalvereniging Blauw Zwart ligt het hoofdveld er als vanouds bij – het betreft een schitterend grasveld. Men beschikt daar overigens wel over drie voetbalgrasvelden en twee kunstgrasmatten. Voetbalvereniging Wassenaar beschikt nog wel over een hoofdveld met gras – hier dient echter wel te worden aangetekend dat men op dit moment niet over een standaardelftal beschikt en op het fraaie hoofdveld tegenwoordig wordt gerugbyd. Op veld twee beschikt men tevens over een grasmat waar de lagere elftallen hun balletje trappen, terwijl op veld drie de kunstgrasmat wordt benut om op te spelen en trainen. Ik ben voor de zekerheid nog even langs Kerkehout gefietst – op veld 1 staan waar normaliter voetbaldoelen staan inderdaad rugbydoelen, de prachtige overdekte tribune is onveranderd, links van het hoofdveld ligt het honkbalveld en rechts vanaf het clubhuis liggen de voetbalvelden. Het betreft een werkelijk authentiek sportcomplex, echt de moeite waard om nog eens langs te gaan.

Anekdote – Het is juli 2020, een maand nadat het hoofdveld van ODB en RAS is voorzien van nieuw kunstgras, een nieuw scorebord, een prachtige afrastering en fraaie dug-outs. De selecties van zowel RAS als ODB hebben naar tevredenheid diverse trainingen afgewerkt en zijn vol lof over het nieuwe veld. Men is zuinig op het veld en haalt absoluut geen vreemde dingen uit. De scheidsrechtersvereniging, inwonend bij RAS, betreed het veld voor een conditietest. Twee van de heren in het zwart zijn blijkbaar te laat en fietsen, alsof er niets aan de hand is, het veld op. Een ODB-bestuurslid ziet het gebeuren en verzoekt de heren vriendelijk doch dringend de fietsen van het veld te verwijderen en dit soort fratsen niet meer uit te halen.

Zoals gesteld heeft het gebruik van kunstgras zowel voor als nadelen. Ik ben al ingezoomd op het toegenomen risico van sportblessures en ben het afgelopen decennium in mijn omgeving bijvoorbeeld geconfronteerd met ernstig knieletsel waarvan nog steeds wordt ontkend dat dit met het stroeve kunstgras te maken zou hebben. Wat verder te denken van competitievervalsing. Verenigingen die niet over kunstgras beschikken moeten elke keer weer wennen aan het te betreden kunstgrasveld. Daarentegen hebben verenigingen die alleen op kunstgras spelen of trainen blijkbaar een nadeel als men op regulier gras moet aantreden. Ook voor die elftallen is het even wennen aan gras dat al weken niet is betreden. Voor alles is wat te zeggen, zeker gezien de huidige kunstgrasontwikkelingen. Het is nog steeds geen echt gras, echter de laatste generatie kunstgrasvelden benadert de kwaliteit van de ouderwets voetbalvelden. Het grootste nadeel van kunstgras betreft mijns inziens de uiteindelijke vernietiging van de afgedane kunststofstroken. Het verbranden van de in Nederland inmiddels massaal aangeboden versleten velden zal de CO2 uitstoot binnen afzienbare tijd zodanig beïnvloeden dat de milieuproblematiek nog hoger kan oplopen. Ik ben benieuwd wat het RIVM en ons kabinet hiervan vinden! Daartegenover staat vast dat de reguliere velden de laatste jaren door ganzen worden volgescheten – blijkbaar een beschermd diersoort – en is het bepaald geen pretje als spelers door de achtergelaten hopen ellende heenglijden. De voor en tegen argumenten kunnen derhalve tijdens discussies te pas en te onpas over de te gebruiken grassoorten worden opgehoest.

Succes ermee.

Rini Toet
09-07-2022